Spring naar hoofd-inhoud

Nieuwsbericht

De week van Lezen en Schrijven

De Week van Lezen en Schrijven is van start gegaan. Bekijk hier wat je als organisatie kunt doen om jouw laaggeletterde uitzendkrachten te helpen. We geven je een paar handige tips en communicatiematerialen die je gelijk kunt inzetten.

Wist je dat 3 miljoen mensen in Nederland tussen de leeftijd 16 en 75 jaar moeite hebben met lezen, schrijven en/of rekenen? Daardoor hebben ze ook vaak moeite met een computer of een smartphone.

Van 8 tot en met 15 september vindt de Week van Lezen en Schrijven plaats. Dit landelijke initiatief van Stichting Lezen en Schrijven vraagt aandacht voor laaggeletterdheid en de gevolgen daarvan.

Deze week is een goede gelegenheid om laaggeletterdheid binnen jouw organisatie onder de aandacht te brengen. Taalvaardigheid is namelijk van groot belang onder uitzendkrachten. Uitzendkrachten komen vaak uit diverse achtergronden en spreken de taal niet altijd vloeiend of hebben vanaf jongs af aan al moeite met lezen. Dit kan uitdagingen opleveren voor de communicatie met de betreffende uitzendkracht, maar ook bij het begrijpen van veiligheidsinstructies of het volgen van cursussen of opleidingen.

Meedoen met de Week van Lezen en Schrijven

Als organisatie kun je zelf ook meedoen aan de Week van Lezen en Schrijven, bijvoorbeeld door het organiseren van een activiteit. Met behulp van de Communicatie Toolkit kun je tijdens de week laten zien dat je zelf ook meedoet.

Download hier de communicatiematerialen voor de Week van Lezen en Schrijven.

Tips

Enkele tips om bewuster om te gaan met je communicatie richting uitzendkrachten, waarbij je ook rekening houdt met laaggeletterden:

Tip #1

Begin bij het begin:
Wie gaat jouw tekst lezen?

Denk goed na voordat je begint met het schrijven van je tekst.
Wie is de lezer? Wat wil ik dat de lezer doet als de tekst gelezen is? Wat voor vragen kan de lezer hebben?


Tip #2

Neem je lezer serieus.

Gebruik eenvoudige en helder taal.
Maar schrijf voor een volwassen lezer.
Het mag niet kinderachtig zijn.


Tip #3

Spreek de lezer direct aan.

  • Hoe niet?
    De veiligheidsinstructies dienen voorafgaand aan de werkzaamheden te worden doorgenomen. Indien de instructies niet zijn gelezen, kan er niet worden deelgenomen aan de werkzaamheden.
     
  • Hoe wel?
    Lees eerst de veiligheidsinstructies voordat je begint met werken. Als je de instructies niet hebt gelezen, kun je niet starten met de werkzaamheden.


Tip #4

Maak korte en actieve zinnen. Gebruik daarbij woorden uit gewone spreektaal.

  • Hoe niet?
    De werkplekoriëntatie zal door de voorman verzorgd worden, waarbij de voorschriften met betrekking tot veiligheid en hygiëne toegelicht zullen worden.
     
  • Hoe wel?
    De voorman geeft je een rondleiding en legt de veiligheidsregels uit.


Tip #5

Gebruik liever geen figuurlijke taal.

  • Hoe niet?
    Zij kookt van woede.
    We kunnen het tij keren!
     
  • Hoe wel?
    Zij is erg boos.
    We kunnen dit veranderen.